Ondertoezichtstelling / Uithuisplaatsing
In bepaalde gevallen kan de overheid het noodzakelijk achten in te grijpen in uw gezinssituatie. Er wordt dan meestal door de Raad voor de Kinderbescherming aan de rechtbank verzocht om een ondertoezichtstelling of uithuisplaatsing van uw kind. Een kind mag enkel onder toezicht of uit huis worden geplaatst, als er sprake is van een ernstige bedreiging in de ontwikkeling van het kind. Ook al zijn ouders het er niet mee eens, de rechtbank kan een kind onder toezicht of uit huis plaatsen als aan de voorwaarden is voldaan. Als een kind onder toezicht wordt gesteld, wordt het ouderlijk gezag beperkt. Ouders dienen zich te houden aan de aanwijzingen die de gecertificeerde instelling (gezinsvoogd) geeft. In dat geval kan het kind wel gewoon thuis blijven wonen.
In ernstigere gevallen of wanneer alleen het onder toezicht stellen van een kind niet tot voldoende resultaat leidt, kan daarnaast verzocht worden om een uithuisplaatsing van het kind. Dit kan zowel een open als gesloten plaatsing betreffen.
Mocht u geconfronteerd worden met een advies tot een ondertoezichtstelling of uithuisplaatsing van uw kind van de Raad voor de Kinderbescherming of met een uitnodiging van de rechtbank, neem dan direct contact met ons op. Wij kunnen u met raad en daad bijstaan.